Jhr. Johan Antoni de Jonge
Rotterdam – 1864 – 1927 Den Haag
Johan Antoni de Jonge was de oudste zoon van een invloedrijke Haagse familie, zijn vader was Jhr.mr. Bonifacius Cornelis, president van de rechtbank in Den Haag, en zijn moeder was Elizabeth Henriette Maria Philipse (1839-1927), dochter van Johan Antoni Philipse, advocaat-generaal van het Hooggerechtshof in Den Haag. Hij ging rechten studeren in Leiden. In 1889 vestigde hij zich als advocaat in Den Haag.
Van huis uit kreeg hij wel liefde voor de kunst mee en tijdens zijn studiejaren volgde hij lessen op de Haagse Tekenacademie en later bij enkele Haagse kunstenaars. Ook werd hij lid van Pulchri Studio, waardoor hij mee kon doen aan hun tentoonstellingen.
In 1903 stopte hij als advocaat en noemde zichzelf verder kunstenaar. Hij hoorde bij de tweede generatie van de Haagse School en was vooral tekenaar en aquarellist. Het Scheveningse strandleven boeide hem. In de jaren 80 maakte hij diverse studiereizen naar De Verenigde Staten, Engeland, Rusland en Duitsland.