Hem van der, Pieter ‘Piet’ HUIDIGE COLLECTIE2022-08-28T13:05:44+02:00

Pieter van der Hem

Wirdum 1885 – 1961 Den Haag

Piet van der Hem, die zijn opleiding had genoten aan de Amsterdamse Rijksacademie onder August Allebé, Nicolaas van der Waay en Pieter Dupont, vertrok na zijn studie naar Parijs.
In 1907-1908 werkte hij op Montmartre, waar hij het straat- en uitgaansleven treffend vastlegde. Hierin waren de onmiskenbare invloeden van Toulouse Lautrec en Steinlen terug te vinden, kunstenaars die hij bewonderde. Na zijn terugkeer in Amsterdam was Van der Hem vaak in volksbuurten te vinden om het alledaagse straatleven in beeld te brengen. Ook voelde hij zich aangetrokken door het theater, waarbij hij vooral de wereld achter de schermen vastlegde.

In 1909 debuteerde Van der Hem op de jaarlijkse expositie van de Amsterdamse vereniging St. Lucas.
Vanaf dat moment gold hij samen met Piet Mondriaan, Jan Sluijters en Leo Gestel als een van de nieuwlichters. Het werk van Van der Hem was echter stilistisch minder gedurfd dan deze drie. Daarvoor bleef hij teveel gebonden aan de zichtbare realiteit, die hem te lief was.
Van der Hem ondernam in die jaren verschillende reizen, zoals naar Rome/Parijs (1910-1911), Moskou/St. Petersburg (1912) en Madrid (1914), waar hij de couleur locale steeds meesterlijk wist te treffen in zijn werk.

De vroege figuurstukken blinken uit door een voor Nederlandse begrippen ongewone elegantie. Van der Hem was een begenadigd tekenaar die met vloeiende lijnen en rake typeringen de figuur sprekend op papier weet te zetten. Geen wonder dat hij zich de latere jaren, toen hij in Den Haag woonde, zou specialiseren in het schilderen van portretten. Hij groeide uit tot een succesvol society portrettist. Befaamd is zijn portret van Mata Hari, dat hij in 1914 maakte. Ook zou Van der Hem zich na 1914 toeleggen op het tekenen van politieke prenten, waarin zijn vermogen tot snelle, rake typeringen goed van pas kwam.

Ga naar de bovenkant